Ik heb altijd honger. Of ik verlang altijd. Naar veel groots en meeslependheid, het moge duidelijk zijn.
De afgelopen dagen valt het me echter op dat die honger zelfs letterlijk aanwezig is. Deels zou dat kunnen komen door het vliegtuigeten, dat ik niet per definitie slecht vind, maar waarbij zelden mijn vinkje bij 'vegetarisch' goed doorkomt, wat inhoudt dat ik de helft van mijn in plastic bakjes, dampend onder de folie, geserveerde eten weer linea recta terug geef aan de dame die het me overhandigde. Of aan een medepassagier, als ik vriendjes moet maken voor meer beenruimte.
Deels zou het ook kunnen komen door de reis van het vliegveld naar mijn huis, die bemoeilijkt werd door een enorme koffer, die ik zelf had meegenomen. De overweging om een koffer mee te nemen, en geen rugzak zoals normaal, kwam voort uit het idee dat ik toch wel wat meer schoenen nodig had. Schoenen. Daarom sleepte ik een 24,5 kg wegend (zo bleek) gevaarte mijn trap af, door de opengebroken straten van Amsterdam Oost, door treinstations, vliegvelden, en de New Yorkse metro, waar de poortjes mijn koffer niet wilden doorlaten. De tocht vanaf de metro duurde uiteindelijk net iets langer dan verwacht en mijn handen konden langzaam maar zeker niets meer voorttrekken, laat staan 24,5 kilo op twee lullige wieltjes. Aangekomen in mijn nieuwe huis stortte ik lichtelijk in en konden mijn gedachten mijn lichaam niet meer zover krijgen dat het wilde opstaan om buiten eten te halen.
Dus gisterochtend had ik honger. Ongelofelijke honger.
Naar de stad, de mensen, eten, koffie, spullen, ervaringen, groots en meeslependheid!
Gelukkig is deze stad de laatste die je daarop zal aanspreken, sterker nog: ze moedigt je enthousiast aan te consumeren. De Not For Tourist gids die ik kocht - deels om mijn honger te stillen - staat vol met duizenden restaurantjes, cafés, winkels, theaters en filmhuizen waar je zonder problemen bakken met geld kunt uitgeven. Wat me echter opviel was dat ik, zelfs na de aanschaf van (in chronologische volgorde) een ontbijt van bagels en thee, een ongelofelijk geile (excusez le mot) laptop, koffie en soep én mooie boekjes om in te schrijven en te bladeren, mijn honger nog steeds niet bevredigd was. Althans, het voelde alsof ik nog niet genoeg had.
In een kapitalistische wereld zijn spullen natuurlijk dé manier om honger te stillen. En natuurlijk doe ik er aan mee. Na een dag lang geld uitgeven wil ik alles wat ik heb gebruiken om die andere honger te stillen: het verlangen naar de mensen, de ervaringen. Maar eigenlijk weet ik dat altijd hongerig blijf. Ongeacht wat er gebeurt of wat ik doe.
Volgens Boeddha is verlangen de oorzaak van het lijden en kan dat lijden alleen maar opgeheven worden als je je openstelt voor de realiteit en deze accepteert zoals ze is. Ik zal proberen me over te geven aan de realiteit, in de hoop dat de honger dan langzaam zal verminderen. Maar ik ga er ook op uit om de verschillende smaken van de New Yorkse restaurants te ontdekken. Een mens moet toch eten.
1 opmerking:
Hee! Fijn dat je weer online bent. Het is toch maar niets als er geen Mvnrt actief is op internet.
Zal je net zien, ben je in New York, de meest extraverte stad die er is (?), ga je je het hoofd breken over boeddhistische onthechting. Nou, hier in Amsterdam valt het ook niet mee om het hoofd koel te houden: lente (al is het nog koud, maar het ziet en ruikt er wel zo uit, en de gesprekken klinken als lente), volgende week start cursus documentaire maken (sorry), muziek voor de verjaardag van mijn tienernichtje uitzoeken, idioot gesprek met Stefan M., die zijn helderziendheid op jouw vervangster Fen losliet, etc.
Vandaag maar weer eens lekker altviool studeren. De hele wereld verkleind tot een 'fingerboard' van 3 bij 30 cm. Heerlijk.
Koos
Een reactie posten