Op de tweede dag ontbijt ik in de coupe met uitkijk ramen. Tegenover me zit een man die eerst een paar keer kijkt maar dan uiteindelijk een gesprek aan knoopt. Als ik vertel dat ik uit Amsterdam kom, knikt hij. "Jullie spreken allemaal goed Engels, in Denemarken, toch?". Ik knik mee.
We praten over de omgeving, waar hij is opgegroeid. Dan voegt de blogger van gisteren zich bij ons. Hij neemt in het wilde weg foto's van alles dat voorbij komt. Ik begin met hem mee te denken, en wijs hem op mogelijke fotomomentjes.
Wanneer een jongen uit New York met veganistische bakjes eten bij ons komt zitten, gaat het gesprek al snel over wat gezond is en wat niet. De raw-aanhanger eet niets dat warmer is geweest dan 40 graden. De man uit Denver blijft erbij dat we carnivoren zijn. "Koeien eten gras, en wij eten koeien. Why noot cut out thé middel man," zegt de Raw aanhanger. Ik houd mijn mond.
Dan gaat het gesprek over auto's en vinden de mannen elkaar weer in het midden. De carnivoor laat ons foto's zien van zijn zeven auto's. Flitsende kleuren, veel carbio's en natuurlijk allemaal van Amerikaanse makelij. Op een van zijn foto's staat een echte Amerikaanse pick-up truck, van onderaf gefotografeerd, met de Stars and Stripes wapperend erboven. "A real American car, the American flag, taken on the fouth of July," zegt hij glimmend van trots. Ik vraag hem of hij een patriot is. "Very," zegt hij. De Raw jongen en de blogger roepen bij elke foto: "wauw, that's so cool" en "wow, that is sick," De man kijkt verstoord op. "Is dat iets ergs?" vraagt hij. De jongens haasten zich te zeggen dat het het tegendeel is, het is juist vet.
In een van de korte pauzes sta ik buiten op het perron wanneer Ben me aanspreekt. Ben komt tot mijn middel, heeft een verwrongen gezicht en draagt kleren die doen denken aan The Little House on thé Prairie. Hij komt uit Pensilvania, is Amish, en reist voor het eerst alleen naar het westen. Normaal reist hij samen met zijn vrouw, maar die wilde thuis blijven omdat de tuin deze dagen geoogst moet worden. Hij wilde al op weg naar Chicago met me praten, want hij praat graag met toeristen. Zelf heeft hij een Bed and Breakfast opgezet, om de toeristen die het Amish gebied bezoeken te helpen. Hij vertelt over zijn familie - hij heeft zes kinderen - en over hun leefstijl. "Ik kom graag mensen tegen met andere levensstijlen, want zo leer ik altijd weer wat," zegt hij. Op mijn vraag of het moeilijk is om vast te houden aan hun leefstijl met alle oprukkende technieken en mogelijkheden antwoordt hij dat het wel lekker rustig is. "Ik zie iedereen in de trein met elektrische apparatuur in de weer, maar ik vind het wel lekker om gewoon naar buiten te kijken en met mensen te praten."
Wanneer ik later zit te typen op mijn laptop en Ben langs me loopt klopt hij vriendelijk op mijn schouder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten