woensdag 28 december 2011

Melancholia

Jaren geleden ging ik met vriendinnen naar de film tijdens het NFF. Vooraf waren we in Utrecht gaan eten, we dronken wijn en hadden zo'n typische 'meidenavond' die je doet gruwelen als je het leest, maar die echt heel gezellig en leuk was. We wisten weinig van de film die we gingen zien, alleen de naam van de regisseur en van de hoofdrolspeelster. Druk pratend en grappend liepen we naar binnen, ons van geen kwaad bewust. Ik vermoed dat ik als eerste begon te huilen, ergens in de eerst helft van de film, maar gaandeweg volgden de anderen mij met evenveel tranen en verdriet. Na afloop bleven we stil zitten, hand in hand. In stilte liepen we naar buiten, en in stilte dronken we nog een wijntje. Enkele maanden later ging ik nogmaals naar dezelfde film. Licht zenuwachtig deze keer, met het vorige tranendal nog vers in mijn herinnering. maar nu wist ik wat zou komen en zou ik niet zo naar verrast worden. Op precies hetzelfde moment, in de eerste helft van de film, begon ik weer te huilen, en ik kon niet stoppen tot het einde. Terwijl ik mijn berg zakdoekjes in mijn jaszak probeerde weg te stoppen, verzuchtte de vrouw naast me tegen haar vriend: "Wat een kut film, dit staat echt zóver van alle gevoel af!". Ik besloot nooit, nooit, nooit meer Dancer in the Dark te kijken.

Von Trier wilde ik niet afschrijven, zijn voorgaande films vond ik mooi. Dus zag ik Dogville, waarin het hem wederom lukte om een verschrikkelijke wereld te creëren. Tijdens het drankje achteraf besloot ik officieel nooit meer een Lars von Trier film te kijken.



Totdat ik een paar maanden geleden toch weer in een filmzaal zat, wetende dat de nieuwste Von Trier zo zou beginnen. Melancholia. Wederom zat ik totaal onvoorbereid in de zaal. Deze keer vond ik de pijnlijke familiesituaties die zich steeds weer voordeden humoristisch. De beelden waren prachtig, de conversaties intrigerend, de kleine handelingen en blikken verontrustend. Maar het was mooi. Totdat de planeet de hoofdrol overnam, en de film van standaard Von Trier ellende opeens super spannend werd! En terwijl het einde steeds sneller op ons af kwam, en de dreiging steeds groter werd, vroeg ik me af hoe hij dat in hemelsnaam visueel ging vertellen. Hoe kon hij, in het verlengde van wat ik zag, nu tot een mooi en bevredigend einde komen? De eind scène begon, en ik vermoedde dat dit zijn oplossing was. Begrijpelijk, en mooi. Melancholisch zelfs. Totdat hij uitzoomde, en het einde pas echt begon. Nadat alles plotseling zwart was geworden zat ik nog zeker tien minuten met open mond naar het scherm te staren. Niet wetende wat ik moest zeggen, of doen. Maar vervuld van verwondering, verbazing, onder de indruk en perplex.

Ik nam me voor om me nooit meer voor te nemen niet naar Von Trier films te gaan.

Sindsdien is mijn leven veranderd. Ik kan niet meer naar de maan kijken zonder me voor te stellen hoe het zou zijn als het een andere planeet was. De sterrenhemel is plotseling minder vredig en mooi. Het is een oneindige massa van mogelijke ellende, het gevaar is waar je het niet zien kan.

Geen opmerkingen: