Von Trier wilde ik niet afschrijven, zijn voorgaande films vond ik mooi. Dus zag ik Dogville, waarin het hem wederom lukte om een verschrikkelijke wereld te creëren. Tijdens het drankje achteraf besloot ik officieel nooit meer een Lars von Trier film te kijken.

Totdat ik een paar maanden geleden toch weer in een filmzaal zat, wetende dat de nieuwste Von Trier zo zou beginnen. Melancholia. Wederom zat ik totaal onvoorbereid in de zaal. Deze keer vond ik de pijnlijke familiesituaties die zich steeds weer voordeden humoristisch. De beelden waren prachtig, de conversaties intrigerend, de kleine handelingen en blikken verontrustend. Maar het was mooi. Totdat de planeet de hoofdrol overnam, en de film van standaard Von Trier ellende opeens super spannend werd! En terwijl het einde steeds sneller op ons af kwam, en de dreiging steeds groter werd, vroeg ik me af hoe hij dat in hemelsnaam visueel ging vertellen. Hoe kon hij, in het verlengde van wat ik zag, nu tot een mooi en bevredigend einde komen? De eind scène begon, en ik vermoedde dat dit zijn oplossing was. Begrijpelijk, en mooi. Melancholisch zelfs. Totdat hij uitzoomde, en het einde pas echt begon. Nadat alles plotseling zwart was geworden zat ik nog zeker tien minuten met open mond naar het scherm te staren. Niet wetende wat ik moest zeggen, of doen. Maar vervuld van verwondering, verbazing, onder de indruk en perplex.
Ik nam me voor om me nooit meer voor te nemen niet naar Von Trier films te gaan.
Sindsdien is mijn leven veranderd. Ik kan niet meer naar de maan kijken zonder me voor te stellen hoe het zou zijn als het een andere planeet was. De sterrenhemel is plotseling minder vredig en mooi. Het is een oneindige massa van mogelijke ellende, het gevaar is waar je het niet zien kan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten